Spokanisch Archief |
Gajener Câlldere-Lerjen
artikel uit Zest-Tÿden 149 (mei 2002)
Elk schoolkind in ons land kan twee rijtjes met riviernamen opdreunen: het ene rijtje bevat namen die als meervoud behandeld moeten worden, het andere rijtje geeft de namen die er als een meervoud uitzien, maar toch enkelvoudig zijn.
Hoe zit dat verschil tussen enkelvoud en meervoud van riviernamen nu precies in elkaar? Gajener Câlldere-Lerjen herinnert ons nog eens aan die rijtjes.
AAN DEZE TEKST WORDT NOG GEWERKT
Laten we de twee rijtjes nog eens ophalen:
(1) | Bomps Heeps Hysos Lassos Nârst Onôs Utâs Vâst | (2) | Blôts Côs Fartos Grâcôs Jeôs Oes Omvâs Pâlst Rens Tejs Tiress Vreeges |
Omdat ook u een schoolkind geweest bent, weet u dat rijtje (1) de riviernamen bevat die alle meervoudig zijn: de eind-s is een typische meervouds-s en de eind-t moet gezien worden als een spellingsvariant van de meervoudsuitgang -z (dus eigenlijk Nârsz en Vâsz). In rij (2) zijn de eind-s en eind-t "toevallige" letters. We kunnen ons nu afvragen: waarom drukt de eind-s in (1) wèl een meervoud uit, en die in (2) niet?
Verder kunnen we ons afvragen: zijn er dan alleen meervoudige riviernamen op een -s en -t, of kennen we ook andere meervoudsvormen, gevormd volgens secundaire of onregelmatige regels? Ofwel: zou Mora geen meervoud van Mor kunnen zijn (akoraa is immers ook het meervoud van akora). Of zou Rûpe geen meervoud van Rup kunnen zijn (tûpe is toch ook het meervoud van tup).
En de derde vraag die we kunnen stellen is: wáárom bestaan er überhaupt meervoudige riviernamen?
Hierbij kunnen we kijken naar andere meervoudige vormen van geografische namen:
-dunjes
...
Allemaal omschrijvingen die duidelijk een meervoudig karakter hebben: .......
Maar bij riviernamen is het meervoud "inherent": als we over "Onôs" praten, gaat het niet om twee rivieren die elk Onôs heten, maar om één rivier. vergelijk:
Ten Oesz kôlte fes Spooksoliy.
Hier is het meervoud "exherent": rivier 1 heet Oes en rivier 2 heet eveneens Oes. Vergelijk:
Ten Jâns ÿrôme fes kult ofiss.
Hebben rivieren met een meervoudige naam wellicht een eigenschap die rivieren met een enkelvoudige naam missen? Ofwel concreet: als we het over de Onôs hebben, denken we dan aan iets meervoudigs, terwijl we dat bij de Grâcôs niet doen?? Om op deze vraag een antwoord te vinden zijn we vier dingen nagegaan:
Maar als we een riviernaam categoriseren als "meervoudig", wat heeft dat dan voor consequenties op grammaticaal gebied?
Het is bekend dat niet alles wat "meervoudig" is, ook als zodanig in de Spokaanse grammatica behandeld wordt. Bekende voorbeelden zijn:
Romeo ur Julia affionnosât (niet: -sûs) wâlkân.
De mate van "meervoudigheid" kan verschillen. Evident meervoudige namen als Onôs en Lassos worden in de schrijftaal ook zo behandeld, zoals bij de vorm van adjectieven en werkwoorden:
ef doubiyn Lassos = de nevelige Lassos (in spreektaal mag ook: ef doubiy Lassos)
Ef Onôs lelperrecos kviksiyn mé'usta = De Onôs kan gevaarlijke draaikolken hebben (in spreektal mag ook: Ef Onôs lelperrecû kviksiyn mé'usta)
Daarentegen kan de resultatief zowel in de enkelvoudige vorm als in de meervoudige vorm gebruikt worden, en daarbij mag de enkelvoudige vorm ooki in de schrijftaal:
Onôs > Onôses = Onôss
Lassos > Lassoses = Lassose
De vormen op -es zijn meervoudige resultatiefvormen, de vormen achter het =-teken voldoen aan de reseultatiefvorming van enkelvoudige woorden. Beide varianten zijn ook in de schrijftaal geaccepteerd. Maar als een meevroudsvorm duidelijk blijkt uit bijvoorbeeld de vorm van het adjectief, dan is het aan te bevelen om ook de resultatiefvorm als meervoudig te behandelen, dus:
ef doubiyn Onôses, en niet: ef doubiyn Onôss
ofwel: wel twee meervoudige uitgangen (vet), maar niet meervoud en enkelvoud tegelijkertijd (onderstreept).
..........
Omgekeerd wordt niet alles wat morfologisch als enkelvoudig wordt herkend, ook zo behandeld. Zoals:
Ef pleko kÿponûs (mv) = Het zand moet drogen.
ef doffiyn zjol = de zwarte steenkool
........
© vertaling: Rolandt Tweehuysen